Filips VII van Waldeck-Wildungen

Filips VII van Waldeck-Wildungen
Graaf Filips VII van Waldeck-Wildungen.
Graaf van Waldeck-Wildungen
Regeerperiode 1638–1645
Voorganger Christiaan
Opvolger Christiaan Lodewijk
Graaf van Pyrmont
Regeerperiode 1638–1645
Voorganger Christiaan
Opvolger Christiaan Lodewijk
Heer van Tonna
Regeerperiode 1640–1645
Voorganger ?
Opvolger Christiaan Lodewijk
Militaire informatie
Land/partij Heilige Roomse Rijk
Rang Kolonel der cavalerie 1643
Slagen/oorlogen Dertigjarige Oorlog: Slag bij Jankov (1645)
Algemene informatie
Huis Huis Waldeck
Vader Christiaan van Waldeck-Wildungen
Moeder Elisabeth van Nassau-Siegen
Geboren 25 november 1613
Slot Eisenberg
Gestorven 24 februari 1645
Jankov, Bohemen
Echtgenote Anna Catharina van Sayn-Wittgenstein
Religie Luthers
Wapenschild
Het wapen van de graven van Waldeck-Wildungen sinds 1640.

Graaf Filips VII van Waldeck-Wildungen (Wildungen,[1][noot 1] 25 november 1613[1][2][3][4] – Jankov, Bohemen, 24 februari 1645[1][2][3][4]), Duits: Philipp VII. Graf von Waldeck-Wildungen (officiële titels: Graf zu Waldeck und Pyrmont, Herr zu Tonna), was een graaf uit het Huis Waldeck. Hij was sinds 1638 graaf van Waldeck-Wildungen.

Biografie

Filips werd geboren op Slot Eisenberg op 25 november 1613 als de tweede zoon van graaf Christiaan van Waldeck-Wildungen en gravin Elisabeth van Nassau-Siegen.[1][5] Als de oudste overlevende zoon volgde Filips begin 1638 zijn vader op,[2][3][6] terwijl zijn jongere broer Johan II graaf van Waldeck-Landau werd.[3] Het graafschap Waldeck-Wildungen zat, net als het gehele graafschap Waldeck, zwaar in de schulden. Aan de financiële nood in het graafschap veranderde niets toen de graven van Waldeck in 1640 de heerlijkheid Tonna als leen verkregen. De heerlijkheid werd in 1677 verkocht aan hertog Frederik I van Saksen-Gotha-Altenburg.[6]

Een belangrijke en, naar later bleek, noodlottige gebeurtenis tijdens de regering van Filips was de tijd dat Zweedse troepen hun kamp opsloegen in Wildungen. De opperbevelhebber, Johan Banér, was in augustus 1640 met ongeveer 70.000 man naar de stad gemarcheerd, terwijl niet ver daarvandaan de keizerlijke troepen onder aartshertog Leopold Willem en Ottavio Piccolomini in Fritzlar waren gelegerd. Er heeft geen veldslag plaatsgevonden. Maar de soldaten gebruikten de voorraden van de stad en verwoestten de dorpen op het omliggende platteland. Op 15 september brak Banér weer op.[6]

Mateloos geërgerd door de schade die de Zweden zijn graafschap hadden toegebracht, wisselde Filips van partij en koos de zijde van keizer Ferdinand III, aan wie hij zich in 1643 ter beschikking stelde. De keizer benoemde hem tot kolonel en belastte hem met een regiment cavalerie genaamd ‘Waldeck’.[6]

Op 24 februari 1645 werd de 31-jarige Filips in de Slag bij Jankov in Bohemen, waarbij de Beierse en keizerlijke troepen door de Zweedse generaal Lennart Torstenson werden verslagen, gevangengenomen en – tegen het oorlogsrecht in – doodgeschoten.[7] Filips werd opgevolgd door zijn oudste zoon Christiaan Lodewijk. Deze stond tot 1660 onder regentschap van zijn moeder.[8]

  • De ruïne van Slot Eisenberg in 2015.
    De ruïne van Slot Eisenberg in 2015.
  • Wildungen in 1655. Gravure van Matthäus Merian.
    Wildungen in 1655. Gravure van Matthäus Merian.
  • Kopergravure van de Slag bij Jankov.
    Kopergravure van de Slag bij Jankov.

Huwelijk en kinderen

Filips huwde in Frankfurt op 26 oktober 1634[2][3][4] met gravin Anna Catharina van Sayn-Wittgenstein (Simmern, 27 juli 1610[2][3] – Kleinern, december 1690[noot 2]), dochter van graaf Lodewijk II van Sayn-Wittgenstein en gravin Elisabeth Juliana van Solms-Braunfels.[9] Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren:[10][11]

  1. Christiaan Lodewijk (Waldeck, 29 juli 1635 – Landau, 12 december 1706), volgde in 1645 zijn vader op als graaf van Waldeck-Wildungen. Huwde eerst op 2 juli 1658 met Anna Elisabeth van Rappoltstein (Rappoltstein, 7 maart 1644 – Landau, 6 december 1676) en hertrouwde in Idstein op 6 juni 1680Jul.[noot 3] met Johannetta van Nassau-Idstein (Idstein, 14 september 1657 – Landau, 14 maart 1733).
  2. Josias II (Wildungen, 31 juli 1636Jul.[noot 4] – Kandia, 8 augustus 1669Greg.[noot 5]), verkreeg in 1660 het Amt Wildungen als apanage. Huwde op Slot Arolsen op 26 januari 1660[noot 6] met gravin Wilhelmina Christina van Nassau-Siegen (1629[noot 7] – Hildburghausen, 22 januari 1700[noot 8]).
  3. Juliana Elisabeth (1 augustus 1637 – Reinhardshausen, 20 mei 1707), huwde op Slot Arolsen op 27 januari 1660 met graaf Hendrik Wolraad van Waldeck-Eisenberg (Culemborg, 28 maart 1642 – Graz, 15 juli 1664).
  4. Anna Sophia (Waldeck, 1 januari 1639 – 3 oktober 1646).
  5. Johanna (Waldeck, 30 september 1639 – Waldeck, 2 oktober 1639).
  6. Philippina (19 november 1643 – 3 augustus 1644).

Voorouders

Voorouders van graaf Filips VII van Waldeck-Wildungen
Betovergrootouders Filips III van Waldeck-Eisenberg
(1486–1539)
⚭ 1503
Adelheid van Hoya
(1475–1513)
Hendrik XXXII van Schwarzburg-Blankenburg
(1499–1538)
⚭ 1524
Catharina van Henneberg-Schleusingen
(1508–1567)
Wolfgang van Barby en Mühlingen
(1502–1564)
⚭ 1526
Agnes van Mansfeld-Hinterort
(1511–1558)
Johan II van Anhalt-Zerbst
(1504–1551)
⚭ 1534
Margaretha van Brandenburg
(1511–1577)
Willem I ‘de Rijke’ van Nassau-Siegen
(1487–1559)
⚭ 1531
Juliana van Stolberg-Wernigerode
(1506–1580)
George III van Leuchtenberg
(1502–1555)
⚭ 1528
Barbara van Brandenburg-Ansbach
(1495–1552)
Hendrik VIII van Waldeck-Wildungen
(1465–1513)
⚭ vóór 1492
Anastasia van Runkel
(?–1502/03)
Salentijn VII van Isenburg-Grenzau
(vóór 1470–1534)

Elisabeth van Hunolstein-Neumagen
(ca. 1475–1536/38)
Overgrootouders Wolraad II ‘de Geleerde’ van Waldeck-Eisenberg
(1509–1578)
⚭ 1546
Anastasia Günthera van Schwarzburg
(1526–1570)
Albrecht X van Barby en Mühlingen
(1534–1588)
⚭ 1559
Maria van Anhalt-Zerbst
(1538–1563)
Johan VI ‘de Oude’ van Nassau-Siegen
(1536–1606)
⚭ 1559
Elisabeth van Leuchtenberg
(1537–1579)
Filips IV van Waldeck-Wildungen
(1493–1574)
⚭ 1554
Jutta van Isenburg-Grenzau
(?–1564)
Grootouders Josias I van Waldeck-Eisenberg
(1554–1588)
⚭ 1582
Maria van Barby en Mühlingen
(1563–1619)
Johan VII ‘de Middelste’ van Nassau-Siegen
(1561–1623)
⚭ 1581
Magdalena van Waldeck-Wildungen
(1558–1599)
Ouders Christiaan van Waldeck-Wildungen
(1585–1637)
⚭ 1604
Elisabeth van Nassau-Siegen
(1584–1661)

Externe link

  • (en) Waldeck op: An Online Gotha, by Paul Theroff.
Voorganger:
Christiaan
Graaf van Waldeck-Wildungen
16381645
Opvolger:
Christiaan Lodewijk

Voorganger:
Christiaan
Graaf van Pyrmont
16381645
Opvolger:
Christiaan Lodewijk

Voorganger:
?
Heer van Tonna
16401645
Opvolger:
Christiaan Lodewijk
Bronnen, noten en/of referenties
  • Dek, A.W.E. (1968). De afstammelingen van Juliana van Stolberg tot aan het jaar van de Vrede van Münster. Spiegel der Historie. Maandblad voor de geschiedenis der Nederlanden 1968 (7/8): 288-303
  • Dek, A.W.E. (1970). Genealogie van het Vorstenhuis Nassau. Europese Bibliotheek, Zaltbommel.
  • (de) Haarmann, Torsten (2014). Das Haus Waldeck und Pyrmont. Mehr als 900 Jahre Gesamtgeschichte mit Stammfolge, Deutsche Fürstenhäuser Heft 35. Börde-Verlag, Werl. ISBN 978‑3‑981‑4458‑2‑4.
  • (de) Hoffmeister, Jacob Christoph Carl (1883). Historisch-genealogisches Handbuch über alle Grafen und Fürsten von Waldeck und Pyrmont seit 1228. Verlag Gustav Klaunig, Cassel. Gearchiveerd op 26 maart 2023.
  • (fr) Huberty, Michel, Giraud, Alain; Magdelaine, F. & B. (1981). l’Allemagne Dynastique. Tome III: Brunswick-Nassau-Schwarzbourg. Alain Giraud, Le Perreux.
  • Vorsterman van Oyen, A.A. (1882). Het vorstenhuis Oranje-Nassau. Van de vroegste tijden tot heden. A.W. Sijthoff en J.L. Beijers, Leiden en Utrecht.
  • (de) Wurzbach, Constant von, ʻPhilipp Graf Waldeckʼ in: Biographisches Lexikon des Kaiserthums Oesterreich, enthaltend die Lebenskizzen der denkwürdigen Personen, welche seit 1750 in de österreichischen Kronländern geboren wurden oder darin gelebt und gewirkt haben. Zweiundfünfzigster Theil, Verlag der k.k. Hof- und Staatsdruckerei, Wien (1885), p. 174.

Voetnoten

  1. Dek (1968), p. 260 en 275 vermeldt geboren in Wildungen.
  2. Haarmann (2014), p. 48 vermeldt overleden op 1 december 1650 (sic). Dek (1968), p. 260 en 275 vermeldt overleden Kleinern, december 1690. Hoffmeister (1883), p. 61 vermeldt overleden in december 1690.
  3. “We zijn er zeker van zijn dat het parochieregister van Idstein het huwelijk niet noemt. Toch (zie 130II 1146 in Staatsarchief Wiesbaden) werd het contract ondertekend op 6‑6‑1680, de datum getoond door alle gedrukte werken en de overlijdensakte in de registers van Landau als de huwelijksdatum. Dezelfde plaats van het huwelijk lijdt inderdaad geen twijfel: raadpleeg gewoon in Staatsarchief Wiesbaden (130II 1159) het document getiteld ‘Verzeichnis was beÿ hochgräfl. Beyläger zu Itzstein vom Sambstag d. 5bris donnerstag d. 10t. Junÿ bey Küchen und Kellern, wie auch sonsten ufgegangen, Itzten den 12t. Junÿ ao. 1680’. Het is dus volkomen aanvaardbaar dat het huwelijk werd gevierd op 6‑6, het hierboven geciteerde document staat zelfs toe om vast te stellen dat het de oude stijl was. Die Heiligen römischen Reichs vollständiger genealogisch u. schematischer Kalender, Varrentrap, Frankfurt, 1756, situeert het huwelijk ten onrechte in 1678.”[12] Haarmann (2014), p. 49, Dek (1970), p. 47, Dek (1968), p. 297, Hoffmeister (1883), p. 66 en Vorsterman van Oyen (1882), p. 75 vermelden de datum 6 juni 1680 zonder vermelding welke kalender gebruikt is.
  4. Dek (1970), p. 88, Dek (1968), p. 276 en 297, Hoffmeister (1883), p. 63 en Vorsterman van Oyen (1882), p. 117 vermelden de datum 31 juli 1636 zonder vermelding welke kalender gebruikt is.
  5. Von Poten (1896), p. 677 vermeldt de datum 29 juli. Dek (1970), p. 88, Dek (1968), p. 276 en 297, Hoffmeister (1883), p. 63 en Vorsterman van Oyen (1882), p. 117 vermelden de datum 8 augustus. Vermoedelijk heeft de eerstgenoemde auteur de datum berekend volgens de Juliaanse kalender en hebben de overige auteurs de datum berekend volgens de Gregoriaanse kalender.
  6. “Dek (1970): gehuwd in Helsen, voorstad van Arolsen 26‑1‑1660. Dit is een verkeerde interpretatie van de huwelijksakte. Men vindt inderdaad in de parochieregisters van Helsen, de huwelijksakte, maar in deze staat: «1660 den 26 Januar ist der Hochgeborene Graff und Herr, Herr Josias Graff zu Waldeck u. Piermont … mit der Hochgebohrenen Gräfinnen Frewlein Wilhelmine Christina, Frewlein von Nassau, Catzenelnbogen, Vianden u. Diez, uff Arolsen abends umb 7 Uhren copulirt worden». Men vindt de datum 26‑1‑1659 in Europäische Stammtafeln I, 117.”[13]
  7. “Ze is zeker niet geboren in 1625, zoals Europäische Stammtafeln beweert. Ze is gedoopt in Heusden op 10‑6‑1629 en waarschijnlijk daar geboren. Er zij echter op gewezen dat Willem van Nassau-Siegen op 31‑5‑1629 vanuit Ortheim aangifte deed van de geboorte van zijn dochter (zie: Staatsarchief Wiesbaden 170III).”[14]
  8. “Overleden op 21‑1‑1700 volgens Europäische Stammtafeln I, 117; op 22‑1‑1707 volgens Europäische Stammtafeln I, 139 en Hoffmeister (1883), bevestigd door Dek (1970), met Saalfeld als plaats van overlijden. Maar het overlijden komt noch in januari 1700 noch in januari 1707 voor in de parochieregisters van Saalfeld. Saalfeld moet worden uitgesloten als mogelijke plaats van overlijden. Waldeckischer Helden – und Regenten – Saal, een manuscript geschreven in 1737 door de geheimraad August von Klettenburg en bewaard in het staatsarchief Marburg, vermeldt dat de vorstin op 21‑1‑1700 te Cuylenborg in Holland is overleden. Het is mogelijk dat zij verward werd met haar schoonzuster Juliana Elisabeth die «Gräfin Cülenborg» genoemd werd en in 1707 overleed, hetgeen een oorzaak van de vergissing schijnt te zijn voor sommige auteurs die, zoals we hebben gezien, de vorstin in dat jaar laten overlijden. Ten slotte wordt in het boek Bau und Kunstdenkmäler, Kreis der Eder beweerd dat zij in Slot Altwillungen is gestorven. Geen van deze beweringen is juist. De overlijdensakte is te vinden in het parochieregister van Hildburghausen, Stadtkirche, deel I, p. 475 R, jaar 1700: «Die Hochgeb. Gräfin u. Frau Wilhelmine Christina Verwittibte Gräfin zu Waldeck Wildungen, gebohrene Gräfin zu Nassau usw. wird aus diesem Hochfürstl. Residence Schlosse, den 22. January seelig Entschlafen, den 27, abendts umb 7 Uhr in Hochansehentlichen Leichenprocess von hier auf bis vors thor Begleithet, und so ferner auf Saaltfeld gebracht worden.»”[14]

Referenties

  1. a b c d Haarmann (2014), p. 48.
  2. a b c d e Dek (1968), p. 260.
  3. a b c d e f Dek (1968), p. 275.
  4. a b c Hoffmeister (1883), p. 61.
  5. Dek (1968), p. 248.
  6. a b c d Haarmann (2014), p. 26.
  7. Haarmann (2014), p. 26-27.
  8. Hoffmeister (1883), p. 65.
  9. Dek (1968), p. 239.
  10. Dek (1968), p. 297.
  11. Hoffmeister (1883), p. 61-62.
  12. Huberty, et al. (1981), p. 323.
  13. Huberty, et al. (1981), p. 290.
  14. a b Huberty, et al. (1981), p. 289.
Bibliografische informatie