Volledige gedaanteverwisseling

gedaanteverwisseling bij wespen

Volledige gedaanteverwisseling is een eigenschap van onder andere een aantal insectenorden. Insecten die een volledige gedaanteverwisseling doormaken heten ook wel holometabool en worden gerekend tot de Endopterygota. Het tegenovergestelde is onvolledige gedaanteverwisseling.

Uit het ei komt een larve, die meestal niet op het volwassen insect lijkt en zich vaak ook met andere dingen voedt. Veel larven zijn echte vreters, volwassen insecten voeden zich soms helemaal niet meer. In zeer uitzonderlijke gevallen, zoals bij sommige teken (die tot de spinachtigen behoren, en niet tot de insecten) komt ook een volledige metamorfose voor.

Gedaanteverwisseling bij insecten
Onvolledige gedaanteverwisseling
→ eicel → bevruchting → zygote → groei en ontwikkeling → één of meer nimfenstadia → uitsluipen → 
→ ( subimago ) → imago (volwassen insect) → geslachtelijke voortplanting → eicel →
Volledige gedaanteverwisseling
→ eicel → bevruchting → zygote → groei en ontwikkeling → larve[m 1] → verpopping → popstadium → ontpopping → 
→ imago (volwassen insect) → geslachtelijke voortplanting → eicel →
  1. Soms zijn er verschillende larvestadia (instar) te onderscheiden.

Na een aantal (minimaal drie, meestal vijf) vervellingen treedt er een popstadium op, waarin het dier een tijd in uitwendige rust verkeert, terwijl het inwendig in de pop een complete vormverandering doormaakt. Via het popstadium wordt een rups een vlinder, een made een vlieg of mug en een keverlarve (zoals een engerling, of ritnaald) een kever.

De imago (de volwassen vorm) zoekt een partner en plant zich voort. Bij veel insecten is de als larve doorgebrachte levensduur een veelvoud van die als volwassen insect. Een voorbeeld zijn de eendagsvliegen, die zelfs maar enkele uren tot dagen na de verpopping sterven, maar een jaar als larve onder water doorbrengen.

· · Sjabloon bewerken
Anatomie en morfologie van insecten
Algemeen:metamorfose · onvolledige gedaanteverwisseling · segment · scleriet · somiet · sterniet · stigmata · tergiet · trachee · volledige gedaanteverwisseling · wespentaille
Kop:antenne · bijoog · clypeus · facetoog · flagellum · frons · galea · gena · kaaktaster · labellum · labiale palp · labium · labrum · liptaster · mandibel · maxillae · maxillaire palp · occiput · ocellus · ommatidium · pleurostoma · proboscis · roltong · rostrum · samengesteld oog · speekselklier · vertex
Borststuk:mesopleuron · mesosternum · mesothorax · metapleuron · metasternum · metathorax · osmeterium · prescutum · pronotum · propleuron · propoot · prosternum · prothorax · scutellum · scutum · trachee
Vleugels:achtervleugel · clavus · cuneus · corium · costa · dekschild · embolium · franje · geurschub · halter · hemi-elytrum · hypostigma · pterostigma · tegmen · uilvlekken · vleugel · vleugelcel · vleugelhaakje · voorvleugel
Poten:coxa · femur · tarsomeer · klauw · pretarsus · propoot · tarsus · tibia · trochanter
Achterlijf:achterlijfaanhangsel · achterlijfspunt · aedeagus · angel · cerci · gonapofyse · gonopode · gonoporie · legboor · ovipositor · sifon · spermatheca · telson
· · Sjabloon bewerken
Levenscyclus en voortplanting van organismen
Ongeslachtelijke voortplanting:apomixis · automixie · binaire deling · maagdelijke voortplanting · parthenogenese · vegetatieve vermeerdering · knopvorming
Geslachtelijke voortplanting:mannelijk (♂) · vrouwelijk (♀) · eenslachtig · tweeslachtig () · geslachtsverdeling · eenhuizig (dichogamie · protandrie · protogynie) · tweehuizig
Metamorfose:gedaanteverwisseling (volledige gedaanteverwisseling - onvolledige gedaanteverwisseling) · ei · imago · instar · larve · nimf · pop · subimago · vervelling
Parasitisme:ectoparasiet · endoparasiet · gastheer · gastheerwisseling · infestatie · parasiet · tussengastheer · tussenwaardplant · vector · waard · waardplant
Mijlpalen van de levenscyclus:meiose, reductiedeling ⇒ gameet (eicel, zaadcel) ⇒ bevruchting « plasmogamiekaryogamie » ⇒ zygote
Generatiewisseling:monogenetische cyclus · digenetische cyclus · trigenetische cyclus · gametofoor · gametofyt · gametogenese · generatie · spore · sporofyt · voorkiem
Kernfasewisseling:dikaryon · diplofase · diplohaplofasische · diplohaplont · diplofasische cyclus · diplont · diploïdie · haplofase · haploïdie · kernfase · haplofasische cyclus · haplont · heterofasische cyclus
Meiotische deling:gametische meiose · intermediaire of sporische meiose · zygotische meiose
Ploïdie:haploïdie · diploïdie · diploïdisatie · fractionatie · triploïdie · tetraploïdie · hexaploïdie · octoploïdie · euploïdie (alloploïdie · autoploïdie) · aneuploïdie
Afwisseling van individuen:haplobiont · diplobiont
Verdere:levenscyclus (zaadplanten) · levensfase · chronologie van de menselijke zwangerschapsontwikkeling · embryogenese